De koraalteenboomkikker, in het Engels Australian White Tree Frog of Dumpy tree frog. De Latijnse benaming is Ranoidea caerulea/Litoria caerulea.
Deze soort kikkers kunnen tot wel 10 cm groot worden en bereiken ongeveer een leeftijd van 16 jaar. Ze komen oorspronkelijk uit Australië en Nieuw Guinea en houden dus van een warm, nat en tropisch klimaat.
Het zijn nachtdieren, dus vroeg in de avond worden ze wakker om te jagen. Vooral mannetjes kunnen dan ook gaan kwaken. Overdag zoeken ze een koele donkere plek op om te schuilen en slapen. Het is belangrijk voor de kikker om goed vochtig te blijven. In droge seizoenen heeft hij hiervoor een oplossing. Ze begraven zichzelf in een soort van coconnetje van oude huidcellen en slijm om vochtig te blijven.
Ze komen in verschillende kleuren voor, meestal heldergroen, blauwgroen. Maar soms bij stresssituaties of verkeerde temperaturen/luchtvochtigheid kleuren ze meer bruin. De meest verkochte kleursoorten op de markt:
– Blue Sandfire
– Blue eyes
– Honey blue eyes
– Snowflake
In de blog Onze kikkers stellen we onze kikkers voor.
Ze hebben een verticale pupil vanwege hun nachtelijke activiteit. Het buikje is vaak wittig met rood/roze vlekjes. Ze danken hun naam aan hun ”plakpootjes”. Met de kleverige pootjes, met zogenaamde hechtschijven, klimmen ze makkelijk op ieder oppervlak.
Het broedseizoen begint in November en eindigt in februari. De mannetjes zullen bij een plekje gaan zitten met stil water. Hier wat boven zullen de eitjes gelegd worden. Dit kunnen wel maximaal 2000 eitjes worden. Ze zullen dan op het wateroppervlak drijven. Dit duurt ongeveer een dag. Daarna zullen de eitjes zinken. De kikkervisjes periode duurt ongeveer 6 weken. Daarna zullen ze aan land komen als jonge kikkers.
In de blog over broeden zal hier uitgebreider over ingegaan worden.
Ze eten voornamelijk insecten. Met name krekels hebben de voorkeur, maar ook sprinkhanen en wormen vinden ze af en toe lekker. Wormen bevatten veel vetten en eiwitten. Geef deze dus niet te veel om overgewicht te voorkomen. Ook meelwormen krijgen ze wat moeilijk verteerd, dus deze beter ook niet. Ze eten soms zelfs spinnen en in het wild soms kleine zoogdieren. De tanden van de kikker kunnen geen prooi verslinden, dus deze moet goed in de mond passen. Er wordt wel eens gezegd dat wat er tussen de ogen van de kikker past, kan hij eten. Dit lijkt me dan ook een fijne leidraad.
In de blog over voeding zal hier uitgebreider over ingegaan worden.
Qua huisvesting hebben ze een hoog terrarium/paludarium nodig met ongeveer 55 liter inhoud per kikker. Ze vinden het erg leuk om te klimmen dus worteltakken zijn zeker een must. De beplanting moet goed gedijen onder een vochtig klimaat. Bromelia’s zijn hier een groot succes. Deze hebben stevige bladeren waar ze lekker op of onder kunnen slapen.
Er moet op z’n minst een waterbak zijn zodat de kikkers kunnen baden. Het zijn alleen niet zo’n goede zwemmers, dus zorg ervoor dat ze altijd makkelijk het water uit kunnen. In onze blog over de opbouw van het paludarium staat stap voor stap uitgelegd hoe wij het paludarium hebben opgebouwd. Of bekijk onderstaande filmpje.
De kikkers hebben aardig wat ontlasting, dus bij de inrichting moet bedacht zijn op makkelijk schoon kunnen maken.
Overdag moet de luchtvochtigheid tussen de 50 en 60% liggen. In de avond mag deze geleidelijk aan oplopen tot wel 90%. Hiermee direct samenhangend is het belangrijk om goede ventilatie te hebben en dat deze ook controleerbaar is.
Overdag is de temperatuur het beste rond de 26 graden zijn. Tot 32 graden kan nog, maar daarna wordt het niet meer prettig voor de kikkers. De nachttemperatuur is het beste rond de 22 graden. Met een dag/nachtlamp kun je een ritme creëren. Ook is de nachtlamp een aanrader, aangezien de meeste activiteit s’avonds plaatsvindt en het dan beter te zien is.